top of page

Bijbelverzen over geloof

We hebben allemaal wel eens te maken gehad met een wankelend of vermoeid geloof. Verlies van werk, gezondheidsproblemen en dood kunnen zich voordoen en we vragen ons af waar God is en waarom dit is gebeurd. Wanneer je geloof moeite heeft om te blijven geloven, wend je dan tot de Schrift voor inspiratie en bemoediging!


Wij hebben Bijbelverzen over geloof verzameld om u te helpen kracht, hoop en vertrouwen in God te vinden voor de situaties die ons doen struikelen. God vertelt ons dat we problemen zullen hebben in deze wereld en onbekende, uitdagende tijden tegemoet gaan. Maar Hij belooft ook dat wij door ons geloof de overwinning hebben, omdat Jezus Christus de wereld heeft overwonnen. Als je moeilijke en onzekere tijden tegemoet gaat, kun je aangemoedigd worden om door te zetten. Gebruik de onderstaande schriftteksten om je op te beuren en met anderen te delen over Gods goedheid.


Mogen deze Bijbelverzen uw geloof vergroten en uw vertrouwen in God om u te leiden en te beschermen versterken.


Wentel uw weg op de HEERE, en vertrouw op Hem: Híj zal het doen. - Psalm 37:5


Vertrouw op de HEERE met heel je hart, en steun op je eigen inzicht niet. Ken Hem in al je wegen, dan zal Híj je paden rechtmaken. Wees niet wijs in je eigen ogen: vrees de HEERE en keer je af van het kwade. - Spreuken 3:5-7


Het is Uw vaste voornemen: U zult volkomen vrede bewaren, want men heeft op U vertrouwd. - Jesaja 26:3

Jezus zei tegen hen: Vanwege uw ongeloof, want voorwaar, Ik zeg u: Als u een geloof had als een mosterdzaad, u zou tegen deze berg zeggen: Verplaats u van hier naar daar! En hij zou gaan, en niets zou voor u onmogelijk zijn. - Mattheüs 17:20

En alles wat u in het gebed vraagt, in geloof, zult u ontvangen. - Mattheüs 21:22

Maar Jezus antwoordde en zei tegen hen: Voorwaar, Ik zeg u: Als u geloof had en niet twijfelde, zou u niet alleen doen wat er met de vijgenboom is gedaan, maar zelfs als u tegen deze berg zou zeggen: Word opgeheven en in de zee geworpen, dan zou het gebeuren. - Mattheüs 21:21

En Jezus zei tegen hem: Als u kunt geloven, alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. - Markus 9:23

En Jezus antwoordde en zei tegen hen: Heb geloof in God. Want, voorwaar, Ik zeg u: wie tegen deze berg zal zeggen: Word opgeheven en in de zee geworpen, en niet zal twijfelen in zijn hart, maar zal geloven dat wat hij zegt, gebeuren zal, het zal hem gebeuren wat hij zegt. Daarom zeg Ik u: alles wat u biddend begeert, geloof dat u het ontvangen zult, en het zal u ten deel vallen. - Markus 11:22-24



Maar toen Jezus dat hoorde, antwoordde Hij hem: Wees niet bevreesd, geloof alleen, en zij zal behouden worden. - Lukas 8:50

Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien. - Johannes 7:38

Jezus zei tegen hem: Omdat u Mij gezien hebt, Thomas, hebt u geloofd; zalig zijn zij die niet gezien zullen hebben en toch zullen geloven. - Johannes 20:29

Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven. - Romeinen 1:17


Want de Schrift zegt: Ieder die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. - Romeinen 10:11


Zo is dan het geloof uit het gehoor en het gehoor door het Woord van God. - Romeinen 10:17

Want door de genade die mij gegeven is, zeg ik ieder onder u niet hoger te denken dan hij moet denken, maar laat hij denken in bescheidenheid, naar de mate van geloof zoals God die aan ieder heeft toebedeeld. - Romeinen 12:3

want wij wandelen door geloof, niet door aanschouwen. - 2 Korinthe 5:7

Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit u, het is de gave van God; niet uit werken, opdat niemand zou roemen. - Efeze 2:8-9


U echter, o mens die God toebehoort, ontvlucht deze dingen. Jaag daarentegen gerechtigheid, godsvrucht, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid na. - 1 Timotheüs 6:11

Strijd de goede strijd van het geloof. Grijp naar het eeuwige leven, waartoe u ook geroepen bent en de goede belijdenis afgelegd hebt voor vele getuigen. - 1 Timotheüs 6:12



Het hoofdstuk over geloof

1. Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet.

2. Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen.

3. Door het geloof zien wij in dat de wereld tot stand gebracht is door het Woord van God, en wel zo dat de dingen die men ziet, niet ontstaan zijn uit wat zichtbaar is.

4. Door het geloof heeft Abel God een beter offer gebracht dan Kaïn. Daardoor kreeg hij getuigenis dat hij rechtvaardig was; dit heeft God met het oog op zijn gaven getuigd. En door dit geloof spreekt hij nog, nadat hij gestorven is.

5. Door het geloof werd Henoch weggenomen, opdat hij de dood niet zou zien. En hij werd niet gevonden, omdat God hem weggenomen had. Vóór zijn wegneming kreeg hij namelijk het getuigenis dat hij God behaagde.

6. Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken.

7. Door het geloof heeft Noach, toen hij een aanwijzing van God ontvangen had van de dingen die nog niet te zien waren, uit ontzag voor God de ark gebouwd, tot redding van zijn gezin. Daardoor heeft hij de wereld veroordeeld en is hij een erfgenaam geworden van de rechtvaardigheid die overeenkomstig het geloof is.

8. Door het geloof is Abraham, toen hij geroepen werd, gehoorzaam geweest om weg te gaan naar de plaats die hij tot een erfdeel ontvangen zou. En hij is weggegaan zonder te weten waar hij komen zou.

9. Door het geloof is hij een inwoner geweest in het land van de belofte als in een vreemd land en heeft hij in tenten gewoond, met Izak en Jakob, die mede-erfgenamen waren van dezelfde belofte.

10. Want hij verwachtte de stad die fundamenten heeft, waarvan God de Ontwerper en Bouwer is.

11. Door het geloof heeft ook Sara zelf kracht ontvangen om zwanger te worden en een kind te baren, ondanks haar hoge ouderdom, omdat zij Hem getrouw heeft geacht Die het beloofd had.

12. Daarom zijn er zelfs uit één man en dat uit iemand wiens kracht al gestorven was, zovelen geboren als de sterren van de hemel in menigte en als het zand op het strand van de zee, dat niet te tellen is.

13. Deze allen zijn in het geloof gestorven. Zij hebben de vervulling van de beloften niet verkregen, maar hebben die vanuit de verte gezien en geloofd en begroet, en zij hebben beleden dat zij vreemdelingen en bijwoners op de aarde waren.

14. Want wie zulke dingen zeggen, laten duidelijk blijken dat zij een vaderland zoeken.

15. En als zij aan het vaderland gedacht hadden vanwaaruit zij weggegaan waren, zouden zij gelegenheid gehad hebben om terug te keren.

16. Maar nu verlangen zij naar een beter, dat is naar een hemels vaderland. Daarom schaamt God Zich niet voor hen om hun God genoemd te worden. Want Hij had voor hen een stad gereedgemaakt. - Hebreeën 11:1-16


want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt. - Jakobus 1:3

Maar laat hij er in geloof om vragen en daarbij niet twijfelen. Immers, wie twijfelt, lijkt op een golf van de zee, die door de wind voortgestuwd en op- en neergeworpen wordt. - Jakobus 1:6

Geloof zonder werken is dood

14. Wat voor nut heeft het, mijn broeders, als iemand zegt dat hij geloof heeft, en hij heeft geen werken? Kan dat geloof hem zalig maken?

15. Als er nu een broeder of zuster zonder kleding zou zijn en gebrek zou hebben aan dagelijks voedsel,

16. en iemand van u zou tegen hen zeggen: Ga heen in vrede, word warm en word verzadigd, en u zou hun niet geven wat het lichaam nodig heeft, wat voor nut heeft dat dan?

17. Zo is ook het geloof als het geen werken heeft, in zichzelf dood.

18. Maar nu zal iemand zeggen: U hebt geloof en ik heb werken. Laat mij dan uw geloof zien uit uw werken en ik zal u uit mijn werken mijn geloof laten zien.

19. U gelooft dat God één is; daar doet u goed aan. Maar ook de demonen geloven dit, en zij sidderen.

20. Maar wilt u weten, o dwaze mens, dat het geloof zonder de werken dood is?

21. Is Abraham, onze vader, niet uit de werken gerechtvaardigd, toen hij Izak, zijn zoon, op het altaar offerde?

22. Ziet u wel dat het geloof samenwerkte met zijn werken en dat door de werken het geloof volmaakt is geworden?

23. En de Schrift is vervuld die zegt: En Abraham geloofde God, en het is hem tot gerechtigheid gerekend, en hij werd een vriend van God genoemd.

24. U ziet dus nu dat een mens uit werken gerechtvaardigd wordt en niet alleen uit geloof.

25. En is Rachab, de hoer, niet op dezelfde manier uit werken gerechtvaardigd, toen zij de boden heeft ontvangen en langs een andere weg heeft laten weggaan?

26. Want zoals het lichaam zonder geest dood is, zo is ook het geloof zonder de werken dood. - Jakobus 2:14-26


Want al wat uit God geboren is, overwint de wereld; en dit is de overwinning die de wereld overwonnen heeft: ons geloof. - 1 Johannes 5:4



115 weergaven0 opmerkingen
bottom of page